Waza-ari is één van de waarderingen die een scheidsrechter kan toekennen aan de uitvoering van een techniek. In dit artikel wordt uitleg gegeven over waza-ari en in welke situaties de scheidsrechter deze score zal toekennen.
Als een judoka zijn tegenstander onder controle werpt, maar de techniek mist één van de voorwaarden voor een ippon, zoals bijvoorbeeld de kracht, snelheid of rechtstreeks op de rug, dan zal deze techniek beoordeeld worden met waza-ari. Heel belangrijk is de wijze waarop Uke op de mat valt. Bijvoorbeeld als de judoka op de zij landt, of over de zijkant van de rug rolt. Maar ook als de judoka bij de landing over de onderrug rolt. (zie hierna spelregels en score)
Het is ook nog mogelijk om een waza-ari te scoren met een houdgreep. (zie spelregels) JBN-Judolink - Scores
Sinds 1 januari 2018 bij IJF en 1 februari 2018 bij JBN, wordt de waza-ari score weer bij elkaar opgeteld. (zie spelregels) JBN-Judolink - Scores
De laatste jaren was de beoordeling van een Waza-Ari steeds meer verschoven naar bijna buiklandingen. Sinds 1 januari 2022 heeft de IJF de regel weer aangescherpt en moet een landing van Uke minimaal op de zij zijn om de techniek nog met een Waza-Ari te kunnen beoordelen. Het moet wel een zijlanding zijn van minimaal 90 graden of meer. Sinds 2023 wordt bij deze 90 graden regel bepaalt of de schouderlijn op 90 graden landt. De heup is dan niet meer bepalend (zie hiervoor voorbeeld 1). Dus de landingen waarbij de schouderlijn nu meer naar de buik gericht zijn, worden niet meer als Waza-Ari beoordeeld.
Voorbeeld 1: waza-ari i.v.m. 90 graden landing van de schouderlijn
In het voorbeeld hierboven zien we dat wit op de rechterzij landt. Hierbij is duidelijk te zien dat de schouderlijn van wit haaks of te wel 90 graden op de mat landt. Dat haar heupen meer richting de mat gedraaid zijn, maakt niet meer uit. De schouderlijn is bepalend om de Waza-Ari score te kunnen toekennen.
Voorbeeld 2: waza-ari bij landing in twee momenten (IJF seminar 2020)
Hierboven zien we een goed voorbeeld van waza-ari. Hier zien we dat de landing van wit in twee fases plaats vindt. De landing is dus niet vloeiend of rechtstreeks op de rug. Eerst landt wit op de linkerzij/schouder en het doorrollen naar de rug is een tweede moment. We zien dus duidelijk twee momenten in de landing en dan is de maximum score : Waza-Ari.
Voorbeeld 3: waza-ari i.v.m. landing in twee momenten (IJF seminar 2020)
Hierboven zien we ook een voorbeeld van een landing met twee momenten. Ook hier is geen sprake dat wit vloeiend en/of rechtstreeks op de rug terecht komt. Wit landt eerst op de rechterzij en gaat dan in tweede beweging door naar de rug. Dit wordt nu gezien als twee momenten. Deze twee momenten moeten natuurlijk wel tot dezelfde actie behoren en voldoende snel achter elkaar plaats vinden. Deze landing is dus Waza-Ari.
Voorbeeld 4: waza-ari rollend over onderrug (2018)
Een goed voorbeeld van waza-ari. Hier zien we de landing rollend over de onderrug. Dat is nu wel belangrijk omdat de nieuwe regel in 2018 zegt dat rollend over de onderrug waza-ari is en rollend over de bovenrug Ippon. Waza-ari is hier de juiste score.
Voorbeeld 5: waza-ari bij opvangen op ellebogen.
In dit voorbeeld wordt blauw door wit achterwaarts geworpen met een linkse O-Uchi-Gari. Blauw probeert zijn landing op de rug te voorkomen door zich op te vangen op beide ellebogen. Het achterwaarts neerkomen en opvangen op beide ellebogen of handen wordt nu beoordeeld als waza-ari.
Voorbeeld 6: waza-ari bij opvangen op twee handen.
In dit voorbeeld zien we dat wit achterwaarts wordt geworpen en om zijn val te breken zodat hij niet op zijn rug landt, zet hij zijn handen achterwaarts neer en vangt zich zo op. Twee handen achterwaarts neerzetten zoals in dit voorbeeld, is nu ook een waza-ari voor de tegenstander.
Voorbeeld 7: waza-ari EJU seminar 2022
In de video hierboven zien we dat blauw door wit wordt geworpen en daarmee een kort moment met de rechterzijde op de mat valt. Dat moment is zeer kort en het is dan ook goed dit met behulp van de video-referee te controleren. Het moment dat blauw met de rechterzijde de mat raakt is voldoende voor Waza-Ari.
Voorbeeld 8: Waza-Ari
In deze video zien we dat blauw op de mat wordt geworpen en daarbij op de linkerzij landt. De landing is dus op de zij en kan dus nooit ippon zijn. Waza-ari is hier de juiste score.
Voorbeeld 9: waza-ari i.v.m. te weinig snelheid (2018)
In dit voorbeeld zien we dat blauw door wit op de rug wordt geworpen. De landing is vanaf de nek rollend over de rug. Dat normaal gesproken het criterium voor Ippon is. Echter de snelheid is te laag om Ippon te kunnen toekennen, dus juiste beoordeling is Waza-Ari.
Voorbeeld 10: waza-ari i.v.m. stop in de actie(2018)
Hier zien we dat blauw met een rechtse O-Uchi-Gari wit op de rug werpt. De landing van wit is echter niet rechtstreeks op de rug, maar zij landt eerst op de billen, dan is er een stop in de actie en gaat dan pas door naar de rug. Omdat dit geen vloeiende actie is naar de rug, mag hier geen Ippon worden toegekend. De juiste score is Waza-Ari.